Kenmerkend voor zowel de keramische (buiten)beelden als de kleinere objecten zijn de sobere vormgeving en het kleurcontrast. Steeds terugkerende vormen in het werk zijn de stèle en de cirkel. Vaak zijn deze vormen in tweeën gespleten. Het werk ontleent daaraan een dramatische expressie. Dit wordt echter weer ten dele opgeheven door een brok gekleurd glas of een geglazuurd kleurvlak, dat de twee gescheiden segmenten opnieuw verbindt. De sculpturen zijn overwegend zwart/grijs uitgevoerd. Vaak wordt hierin cobaltblauw als rustgevend en meditatief kleuraccent gebruikt.